CVGKMW in het nieuws

18 feb 2012 - 12:31 - Van onze verslaggever: Chris

Volle cafés van vrijdag tot en met dinsdag met carnaval? Het is verleden tijd in de kleine kernen. Na de optocht wil de kroeg nog vollopen, maar de andere dagen sterft het veelal uit. De jeugd trekt naar elders. Alleen creativiteit helpt de dorpshoreca de winter door.

In het vijfhonderd inwoners tellende Baarschot bij Diessen sloot het enige café, Herberg De Schuur, onlangs zijn deuren. De klandizie liep al een poos terug en de zaak staat te koop.

Een strop voor Baarschot. Toch komen Freek en Silvia van Gils de inwoners tegemoet door gedurende carnaval de deuren nog één keer te openen. "We doen er vooral de veertigers en ouder een plezier mee.

Traditioneel kwamen die na de optocht in Diessen ‘s zondags naar De Schuur, dan was het volle bak. Dat kan nu dus nog ‘n keer. De jeugd? Die gaat naar Diessen of trekt rond op stampkarren."

Aardig van Freek en Silvia, maar dat elke dorpswaard de tapkraan opengooit is niet meer zo vanzelfsprekend. Petra en Joep Boleij van het restaurant-zaal Hof van Liempde hebben een streep gezet door onder andere hun bruisende carnavalsbal van de buurtverenigingen op zaterdag. Petra: "Ons restaurant komt te veel in het gedrang door het leeghalen, inrichten en schoonmaken van de feestzaal. Dat willen we niet meer. Mensen kunnen nu wel drie dagen lang komen eten in de zaal, want die is voor even Schnitzelhütte." Dorpsgenoot Ad Schelle van café het Wapen van Liempde sloot vorig jaar op maandag en dinsdag de deuren, in overleg met buurman de Durpsherberg. "Dat vond de prinsenvereniging niet leuk, maar Liempde is gewoon te klein voor alle horeca om elkaar elke dag te beconcurreren. Nu ga ik in overleg wel open op maandag, met een alternatief voor oudere niet-carnavallers.

Overdag wordt er net als elke week gekat, ‘s avonds is er een riktoernooitje." Op dinsdag komt er in overleg met de carnavalsverenigingen een tent, waarin het Liemts kampioenschap levend bierpulschuiven wordt gehouden.

Het carnaval mag dan een fijn fisje zijn, zoals Omroep Brabant ons in eindeloos herhaalde joolprogramma’s toeronkt, als volksfeest loopt het jaar na jaar terug. De redenen zijn zo divers als een polonaise. Vul maar in: de vergrijzing, het dure pilsje, de individualisering, de crisis, de wintersport, het uitgaansgeweld, de achterhaalde uitlaatklep die het feest ooit was, de ontkerkelijking zelfs.

In kleine kernen is het soms pijnlijk voelbaar. De raad van elf reikt hier en daar niet eens meer tot tien, de optocht gaat achteruit en kroegen zijn soms maar één of twee dagen open, in de wetenschap dat ze de tent toch niet meer vol krijgen. De alle-dagen- carnavallers zijn een absolute minderheid geworden.

Volle zalen bereik je vooral nog met evenementen in de aanloop, zo weten de prinsenvereniging en de kastelein. Het dorpspubliek is nog steeds enthousiast te krijgen voor een avond tonpraten, de pronkzittingen, een dweilconcert of de liedjesverkiezing. Maar met carnaval zelf? Een andere tak van sport.

Die-hards als Chris Kamps worden schaarser. Hij woont al bijna vijf jaar in Vlijmen, maar met carnaval trekt hij onverminderd naar Overlangel, het kleine dorp bij Oss waar hij opgroeide. Hij zit samen met vrienden in de carnavalsvereniging Ge Kunt Me Wâ. "Al jaren bouwen we carnavalswagens, maar het animo wordt kleiner binnen de groep. Een groot deel woont niet meer in Overlangel of in de buurt", aldus Kamps. "Ook zien we elk jaar dat het iets minder druk wordt in De Petjesbar, het plaatselijk café. Maar de gezelligheid blijft en dat is het belangrijkste." Het laat zich raden wat overblijft als De Petjesbar het onverhoopt niet meer zou redden.

In de steden lijkt de carnavalsdrukte stabiel. Een theorie is dat dorpsbewoners de gezelligheid nu bijvoorbeeld in Oeteldonk en Kruikenstad zoeken, en op die manier de terugloop camoufleren van carnavallers uit de steden zelf. Maar onvoorwaardelijk welkom zijn de Bokken, Eenden en Ballefrutters daar in elk geval niet. Een oproepje van het Brabants Dagblad op het internet, over de beleving van carnaval in dorp en stad, leidde tot een verhitte discussie tussen tientallen Oeteldonkers. Daarin voerde de vraag de boventoon of al die vrimden en buitendurpsen wel binnen de Oeteldonkse vestingwallen moeten worden gedoogd - immers, ze luisteren naar de verkeerde muziek, dragen de verkeerde kleding en weten niet hoe het hoort...

Brabants Dagblad

[ Vorige ] - [ Terug ] - [ Volgende ]

 
© Copyright 1997-2024 - Chris Kamps